Box 3 vanaf 2017 in strijd met eigendomsrecht en gelijkheidsbeginsel

02 februari 2022

Op 24 december 2021 bepaalde de Hoge Raad dat het box-3-stelsel:
• in strijd is met het recht van eigendom;
• en in strijd is met het gelijkheidsbeginsel;
én biedt rechtsherstel aan door de belasting te baseren op het daadwerkelijk behaalde en niet op fictief rendement.


Wat was er aan de hand?
Man en vrouw moesten over de jaren 2017 en 2018 over € 12.705 resp. € 11.969 aan box-3-belasting betalen. De werkelijke rendementen bedroegen maar € 6.612 resp. € 3.528. Zij maakten bezwaar.
Vraag aan de Hoge Raad was of de box-3-belasting in strijd is het met eigendomsrecht. De Hoge Raad bevestigt dit en baseert de box-3-belasting op de daadwerkelijk behaalde rendementen.

Hoe nu verder?
Het regeerakkoord voorziet pas in 2025 een nieuw box-3-stelsel gebaseerd op daadwerkelijk behaald rendement. Door dit arrest is duidelijk dat dit veel sneller moet.
Het lijkt er nu op dat men kan kiezen wat het meest voordelig is: de regeling van fictief rendement òf op basis van het daadwerkelijk behaalde rendement.
Hierbij is overigens wel de vraag wat wordt verstaan onder rendement: vallen hier bijvoorbeeld ook ongerealiseerde waardestijgingen onder?

Over 2021 moet gewoon aangifte inkomstenbelasting worden gedaan volgens de geldende box-3-wetgeving. Tegen de aanslag kunnen wij dan, indien nodig, namens u bezwaar maken.
De Belastingdienst heeft namelijk toegezegd voorlopig geen aanslagen op te leggen met daarin box-3-belasting.
Over verstreken jaren zou een verzoek om ambtshalve herziening kunnen worden ingediend. De rechter zal naar alle waarschijnlijkheid dit herzieningsverzoek afwijzen op basis van andere rechtspraak. Tegen een dergelijke afwijzing kan men niet in beroep bij de rechter.

Wilt u de gevolgen voor u weten, neem dan gerust contact met onze fiscale medewerkers op, dit kan via 088 - 44 88 000.

Terug naar overzicht